Basiliek (als) bouwtype 0000.0011

 

 Literatuur

 

- Haslinghuis, E.J. & H. Janse, Bouwkundige termen. Verklarend woordenboek van de westerse architectuur- en bouwhistorie. Leiden (Primavera Pers), 20014e druk/1e druk: 1953 [643 blz. ISBN 90.74310.77.X]. Hierin "Basiliek": blz. 58-60

- Vaktaal. Vaktermengids bij kerkgebouwen samengesteld door de excursiecommissie van de Stichting Oude Groninger Kerken onder redactie van C.G. Reinders. Bedum (Profiel), 1992. [108 blz. ISBN 90.5294.061.4]. Hierin "Basiliek": blz. 17 ("Een kerk die in de lengte gescheiden is in drie of vijf schepen naast elkaar, gescheiden door zuilen. Het middenschip is breder dan de zijschepen en zo veel hoger dat het eigen vensters heeft boven de scheibogen" - dit is de volledige tekst)

- Müller, Hellmut & Rolf Naumann, Quetschfalten, Kreuzbogen­friese, Wendischer Verband. Fachbegriffe des Romanischen Backsteinbaus und der kirchlichen Baukunst in Altmark, Jeri­chower Land und Mark Brandenburg. Jerichow (Klostermuseum Jerichow), 1999. [60 blz. ISBN -]. Hierin "Basilika": blz. 6-7

- Braamhorst, Karin, Ikonen Lexicon. Warnsveld (Terra Lannoo), 2004cop. [396 blz. ISBN 90.5897.182.1]. Hierin "Basilica": blz. 45-46

- Lützeler, Heinrich, Bildwürterbuch der Kunst. Dreieich (Komet & Meco), 2000. [440, ISBN 3.89836.164.0]. Hierin "Basilika": blz. 54  (4e betekenis)